Informaticasite van het Sondervick College te Veldhoven                 © L.J.M van Haperen (bron : R.J. van der Beek)
 
  Opgaven hoofdstuk 11      
 
Schrijf de antwoorden in je schrift!

1. Theorievragen over 11.1
a. Wat is Informatiemodellering ?
b. Waar is FCO-IM de afkorting van, en wat betekent dat ?
c. Waar is CASE (in casetool) de afkorting van, en wat betekent dat ?
d. Welke vijf stappen kun je maken bij de ontwikkeling van een database-systeem?
e. Wat wordt er bedoeld met Redundantie in een database ? Geef een voorbeeld.
f. Wat wordt er bedoeld met Inconsistentie in een database ? Geef een voorbeeld.


2. De eerste opzet van de video-database
a. Start Access, en open de database video1.mdb
(De database-bestanden video1.mdb en video2.mdb kun je hier downloaden)
b. Wat zit er in de verschillende kolommen in deze database?
c. Een docent zoekt het programma "De blauwe planeet". Kan hij m.b.v. een sql-query gemakkelijk vinden op welke band en waar dit programma staat?
d. Is er gemakkelijk een alfabetische lijst van alle programma's, die op de banden staan, te maken?
e. Kan hij gemakkelijk zien hoe lang het programma duurt?


3. De tweede opzet van de video-database
a. Start Access, en open de database video2.mdb
b. Wat zit er in de verschillende kolommen in deze database?
c. Een docent zoekt het programma "De blauwe planeet". Kan hij m.b.v. een sql-query gemakkelijk vinden op welke band en waar dit programma staat?
d. Is er gemakkelijk een alfabetische lijst van alle programma's, die op de banden staan, te maken.
e. Kan hij gemakkelijk zien hoe lang het programma duurt?
f. Bovenstaande vragen kunnen nu met ja worden beantwoordt. Toch is er een belangrijk bezwaar bij deze opzet van de database. Welk bezwaar is dat ?
g. Welke redundantie zit in deze database, en welke inconsistentie kan daardoor gemakkelijk optreden?


4. Feiten, objecten en labels. Deze vraag gaat over het zinnetje: "Marieke doet aan tennis"
a. In de informatiemodellering wordt het niet een zin genoemd maar een .....
b. Welke objecten komen er in deze zin voor ?
c. Welke soorten objecten (dat zijn objecttypen) komen er in deze zin voor ?
d. Marieke is eigenlijk niet een object, maar een label. Wat wordt daarmee bedoeld en van welk labeltype is Marieke ?


5. Kwalificeren van zinnen m.b.v. het FCO-IM casetool
a. Kwalificeer m.b.v. FCO de volgende zinnen:
(N.B.: gebruik als feittype altijd iets met een persoonsvorm er in, niet alleen een zelfstandig naamwoord.
Noem het eerste feittype dus bijv. zit_in_klas en niet alleen klas. Dat laatste gebruik je namelijk als naam voor het objecttype.
Als je geen naam voor het labeltype kunt bedenken, neem dan dezelfde naam als het objecttype maar zet het woord label er achter) Pieter zit in V5a
Marieke zit in V5b
Niels zit in H5a
b. Kwalificeer m.b.v. FCO ook nog de volgende zinnen:
Marieke zit op tennis
Niels zit op volleybal
Pieter zit op voetbal en op tennis (eigenlijk heb je hier twee zinnen: Pieter zit op voetbal en Pieter zit op tennis!)
c. Kwalificeer m.b.v. FCO ook nog de volgende zinnen, en gebruik voor het samengestelde objecttype adres twee labels: straat en huisnummer
Marieke woont aan Achtkant 35
Niels woont aan Parklaan 27
Pieter woont aan Rietbergstraat 112
d. Maak m.b.v het programma FCO het IGD van de feittypen uit 4a, 4b en 4c. (Klik op New IGD in de werkbalk, en sleep alle feittypen, objecttypen en labeltypen van het IG naar het IGD)


6. Theorievragen
a. Wat is een informatie-analist?
b. Een informatie-analist heeft vaak hulp nodig van een domeindeskundige. Wat wordt er met een domeindeskundige bedoeld?
c. Wat wordt er in de informatieanalyse bedoeld met de Discourse (of de Universe) ?


7. Kwalificeren van langere zinnen m.b.v. het FCO-IM casetool
a. Geef van de volgende zinnen de elementaire feiten, en kwalificeer die m.b.v. FCO:
Jan Jansen woont aan de Rietbergstraat 231 en zit op het Doorman College. Hij doet aan voetbal en tennis en is geboren op 12 sept. 1980
Ilse Dijkstra doet aan hockey en is geboren op 15 jan. 1981. Zij woont aan de Parkkade 23 en zit op het Thomas More College.
Sla het project op onder de naam Opgave7a
b. Geef ook van de volgende zinnen de elementaire feiten, en kwalificeer ze m.b.v. FCO:
Mozart werd geboren op 27 jan. 1756 en stierf in Wenen op 5 dec. 1791. Hij schreef onder andere Die Zauberflöte en Eine kleine Nachtmusik.
Beethoven schreef o.a. Für Elise en de Symfonie nr. 5. Hij werd geboren in Bonn op 16 dec. 1770 en hij stierf in Wenen op 26 maart 1826
Sla het project op onder de naam Opgave7b


8. Deze vraag gaat over de zin: "Jan Hoogterp zit in havo-4, hij woont in Buitenpost en hij heeft op wiskunde (gemiddeld) een 5"
a. Geef de elementaire feiten waaruit deze zin bestaat.
b. Geef van de drie elementaire feiten aan of ze van het binaire type of het ternaire type zijn
c. Teken het IGD dat erbij hoort


9. Beperkingsregels in het FCO-IM casetool
a. Maak het IGD van de informatie-grammatica (IG) dat je in opgave 7a hebt gemaakt.
Geef de uniciteitsbeperkingen en de totaliteitsbeperkingen aan in het IGD.
Klik daarvoor eerst op Constraint Rollup in de werkbalk. Klik dan, terwijl je de Control-toets ingedrukt houdt, op de kant van het feittype waarvoor de beperking geldt, en daarna op de omcirkelde U voor de uniciteitsbeperking of op de omcirkelde stip voor de totaliteitsbeperking.

Het IG en het IGD van opgave 7a zijn eventueel beschikbaar.
De zip-file, waarin die bestanden staan, kun je hier downloaden.
Pak de zip-file uit, en zet de bestanden in je eigen map.
Start een nieuw project met FCO, noem dit opg7a
Klik dan op File → Add File, en voeg het bestand opg7a.IG toe aan je project.
Klik dan nog eens op File → Add File, en voeg het bestand opg7a.IGD toe aan je project.
b. Groepeer het model dat je in opgave 9a gemaakt hebt. Klik daarvoor op GLR (grouping, Lexicalizing, Reducing) op de werkbalk, en dan op Run. Als er een foutmelding verschijnt moet je de fout eerst verbeteren, en dan nog eens klikken op GLR.
Welke tabbellen krijg je, en welke kolommen zitten er in die tabellen ?
c. Maak het IGD van de informatie-grammatica (IG) dat je in opgave 7b hebt gemaakt.
Geef de uniciteitsbeperkingen en de totaliteitsbeperkingen aan in het IGD.

Het IG en het IGD van opgave 7b zijn eventueel beschikbaar.
De zip-file, waarin die bestanden staan, kun je hier downloaden.
Pak de zip-file uit, en zet de bestanden in je eigen map.
Start een nieuw project met FCO, noem dit opg7b
Klik dan op File → Add File, en voeg het bestand opg7b.IG toe aan je project.
Klik dan nog eens op File → Add File, en voeg het bestand opg7b.IGD toe aan je project.
d. Groepeer het model dat je in opgave 9c gemaakt hebt, klik daarvoor op GLR.
Welke tabbellen krijg je, en welke kolommen zitten er in die tabellen ?


10. Deze vraag gaat over de zin: "Jan de Vries heeft leerlingennummer 758, is geboren op 12 sept. 1988 en doet aan voetbal"
a. Geef de elementaire feiten waaruit deze zin bestaat.
b. Wat geeft een uniciteitsbeperking aan ?
c. Teken het IGD van de zinnen, en geef daarin de uniciteitsbeperkingen aan
d. Wat geeft een totaliteitsbeperking aan ?
e. Geef de totaliteitsbeperkingen aan in het IGD van de zinnen
f. Geef de uniciteits- en totaliteitsbeperkingen ook aan in het IGD van opgave 8


11. Deze opgave gaat over de videobanden, die ook in opgave 2 en 3 aan de orde kwamen. Het gaat over een database, waarin bijgehouden wordt welke videobanden een school heeft, wat er op staat en waar en hoe lang het duurt, van welke sectie de band is, en welke docent de video geleend heeft.
  Een aantal elementaire feiten, die betrekking hebben op die video's, zijn:
  • "De blauwe planeet" staat op band 2212
  • Band 2212 is geleend door docent WB
  • "De blauwe planeet" duurt 25 minuten
  • Band 2212 is van aardrijkskunde (AK)
  • Band 1075 is van nederlands (NE)
  • "Aardbevingen en vulkanen" staat op band 2212
  • "Weer en klimaat" staat op band 2213
  • "Weer en klimaat" begint bij tellerstand 1050
  • "Weer en klimaat" duurt 40 minuten
a. Geef de vijf feittypen die in deze informatie voorkomen
b. Teken het bijbehorende IGD
c. Geef de uniciteits- en totaliteitsbeperkingen aan in het IGD
d. Hoeveel tabellen zijn er nodig voor de video-database, en wat zit er in elke tabel ?


12. De videobanden m.b.v. FCO
a. Het IG en het IGD van de videobanden van opgave 11 is beschikbaar onder de naam video.ig en video.igd
De zip-file, waarin die bestanden staan, kun je hier downloaden.
Pak de zip-file uit, en zet de bestanden in je eigen map.
Start een nieuw project met FCO, noem dit opg12
Klik dan op File → Add File, en voeg het bestand VIDEO.IG toe aan je project.
Klik dan nog eens op File → Add File, en voeg het bestand VIDEO.IGD toe aan je project.
Open dan het IGD, en voeg de beperkingsregels toe.
b. Ga groeperen m.b.v. FCO (klik op GLR en dan op Run). Hoeveel tabellen ontstaan er, en welke kolommen zitten er in de verschillende tabellen? Klopt het met wat je opgave 12d hebt gevonden ?
c. Klik op Tasks → Plug-in Modules. Dan krijg je een venster waarin je uit verschillende programma's kunt kiezen. Kies voor MS-Access 7.0 en klik dan op Invoke.
Geef als naam van het programma dat gemaakt wordt opg12.bas, en kies de map uit waarin het opgeslagen moet worden, klik dan op OK.
d. Start nu Access op en kies voor: Een nieuwe database maken en klik op het rondje voor Op basis van een lege database. Klik dan op OK
Geef als bestandsnaam opg12.mdb, en kies de map uit waarin het bestand moet worden opgeslagen.
Klik dan op Invoegen (in de menubalk) en dan op Module.
Klik weer op Invoegen, en dan op Bestand.
Dan verschijnt er een venster waarin je een bestand uit kunt kiezen. Kies bij bestandstypen voor Basic-bestanden, en zorg er dan voor dat opg12.bas wordt ingelezen.
Dan verschijnt het visual-basic programma dat is aangemaakt met FCO.
Zet de cursor voor de regel: Public Sub FCO_CreateDatabase( ) en klik dan op Uitvoeren (op de menuregel).
Dan worden de tabellen aangemaakt. Klik de module weg en klik dan eerst op Queries en dan op Tabellen, en dan staan de tabellen er.
e. We zijn er tot nu toe vanuit gegaan dat elk programma maar op één band staat.
Maar nu nemen we aan dat een programma op meerdere banden kan staan.
Een aantal elementaire feiten, die betrekking hebben op die video's, blijven gelijk, en een aantal veranderen. Hier heb je een aantal:
  • "De blauwe planeet" staat op band 2212 en begint bij tellerstand 1250
  • "De blauwe planeet" staat op band 2214 en begint bij tellerstand 125
  • Band 2212 is geleend door docent WB
  • "De blauwe planeet" duurt 25 minuten
  • Band 2212 is van aardrijkskunde (AK)
  • Band 1075 is van nederlands (NE)
  • "Weer en klimaat" staat op band 2213 en begint bij tellerstand 1050
  • "Weer en klimaat" staat op band 2214 en begint bij tellerstand 250
  • "Weer en klimaat" duurt 40 minuten
Verander het IG van de videobanden van opgave 12a zo dat de nieuwe situatie erin verwerkt is.
f. Maak het nieuwe IGD in FCO, en voeg de beperkingsregels toe.
g. Ga groeperen m.b.v. FCO. Hoeveel tabellen ontstaan er nu, en welke kolommen zitten er nu in de verschillende tabellen?


13. De volgende vragen hebben betrekking op onderstaand NIAM-diagram.

Beantwoordt de vragen met ja of nee.
a. Een piloot kan op verschillende vliegtuigen vliegen.
b. Elke vlucht wordt altijd met hetzelfde vliegtuig gemaakt.
c. Alle vliegtuigen hebben hetzelfde aantal maximum passagiers.
d. Bij elke vlucht (gegeven door het vluchtnummer) moet de idcode van het vliegtuig worden ingevuld in de bijbehorende tabel.


14. Een grote casus: de excursieweek
  De vierde klassen havo en vwo hebben in mei een meerdaagse excursie.
De ouders en leerlingen worden hiervan op de hoogte gebracht in een speciale circulaire. Een citaat hieruit:
De excursieweek valt dit jaar in de week van maandag 12 mei t/m vrijdag 16 mei.
Alle leerlingen uit de klassen vier-havo en 4-vwo kiezen uit één van de volgende bestemmingen: Praag, Parijs, Londen of de Ardennen.
De keuze is vrij maar er is maar een beperkt aantal plaatsen voor elke bestemming.
Op de reis naar Praag kunnen 25 leerlingen mee, en deze reis wordt begeleid door de docenten KCO en PVO (dat zijn de docentcodes).
Op de reis naar Parijs kunnen 40 leerlingen mee, en de begeleiders zijn RFQ, WB en THK.
Op de reis naar Londen kunnen 40 leerlingen mee, en de begeleiders zijn BAN en AWD.
En op de reis naar de Ardennen kunnen 20 leerlingen mee, en de begeleiders zijn LAV, RAD en BUR.

Om te voorkomen dat er iemand tussen wal en schip valt moeten leerlingen een eerste en een tweede voorkeur opgeven.
Omdat de reiskosten nogal uiteenlopen zijn ook de kosten verschillend: Praag kost € 390, Parijs € 420, Londen € 440 en de Ardennen € 360. Bij inschrijving moet een bedrag van € 100 worden betaald, de rest van het bedrag kan in termijnen worden betaald in de periode tot 1 mei.

De bussen naar Praag en Londen vertrekken op maandag 12 mei vanaf het schoolplein om 8.00 uur, die naar Parijs en naar de Ardennen om 9.00 uur.
De bussen worden terugverwacht op vrijdagavond 16 mei: uit de Ardennen en Parijs omstreeks 18.00 uur, uit Londen omstreeks 23.00 uur en uit Praag omstreeks 24.00 uur.
a. Verwoord de informatie in elementaire zinnen. Alle zinnen opschrijven is niet nodig, zorg er voor dat je van elk type minstens één zin hebt.
b. Voer de elementaire feiten in in FCO en kwalificeer ze.
c. Maak het bijbehorende IGD
d. Breng de beperkingsregels aan in het IGD
e. Laat het GLR-algoritme uitvoeren door FCO
f. Geef de tabellen met de bijbehorende kolommen, die onstaan
g. Genereer de SQL-instructies voor het maken van de database in Access
Klik op Tasks (in de menubalk) en dan op Plug-in modules, kies voor MS-Access 7.0 en klik dan op Invoke)
h. Zorg dat de tabellen in Access gegenereerd worden d.m.v. de module, die bij 14g gemaakt is.
Aanwijzing: Start Access en kies in Access 2003 voor: Een nieuwe database maken en klik op het rondje voor Op basis van een lege database. Klik dan op OK.
Type een bestandsnaam in en kies de map uit waarin het bestand moet worden opgeslagen.
Klik dan op Invoegen (in de menubalk) en dan op Module.
Dan verschijnt er een venster waarin je een bestand uit kunt kiezen.
Kies bij bestandstypen voor Basic-bestanden, en zorg er dan voor dat het bestand dat bij 14f gemaakt is wordt ingelezen.
Dan verschijnt het visual-basic programma dat is aangemaakt met FCO.
Zet de cursor voor de regel: Public Sub FCO_CreateDatabase( ) en klik dan op Uitvoeren (op de menuregel) en dan op Ga naar/Doorgaan.
Dan worden de tabellen gegenereerd.
In Access 2007 klik je op: Lege database, bedenk een naam voor de database, en kies de map uit waarin de database moet worden opgeslagen. Klik dan op Maken
Klik dan in het lint op het tabblad Hulpmiddelen voor databases, en dan op Visual Basic
Klik dan in het lint op Invoegen en dan op Module.
Klik weer op Invoegen, en dan op Bestand.
Dan verschijnt er een venster waarin je een bestand uit kunt kiezen.
Kies bij bestandstypen voor Basic-bestanden, en zorg er dan voor dat het bestand dat bij 14f gemaakt is wordt ingelezen.
Dan verschijnt het visual-basic programma dat is aangemaakt met FCO.
Zet de cursor voor de regel: Public Sub FCO_CreateDatabase( )        
en klik dan in het lint op Uitvoeren en dan op Sub/UserForm uitvoeren.